Suikerziekte bij de kat

Gepubliceerd op 14 september 2023 om 14:04

Suikerziekte (ook wel Diabetes Mellites) bij de kat is een vaak gestelde diagnose. Over het algemeen is de aandoening gelukkig goed te behandelen, hetzij met de nodige aandacht. Eenmaal goed ingesteld kan een kat met suikerziekte in principe net zo oud worden als elke andere kat.

Wat is suikerziekte?

Suikerziekte is een aandoening waarbij er of te weinig insuline gemaakt wordt en/of de cellen ongevoeliger worden voor insuline. Insuline stimuleert de opname van suiker van het bloed naar de cellen. Bij katten is de belangrijkste boosdoener overgewicht/obesitas. De cellen in de alvleesklier die verantwoordelijk zijn voor de productie van insuline raken uitgeput bij te dikke katten, omdat ze constant insuline moeten produceren. Op een bepaald moment gaat dit niet goed meer en gaan de cellen minder insuline produceren. Hierdoor kan het glucose minder goed in de cellen opgenomen worden en stijgt de glucose in het bloed.

Nadere uitleg:
Bij de vertering in de darmen wordt voedsel afgebroken tot voor het lichaam bruikbare bouwstenen. De koolhydraten worden in de darmen voornamelijk afgebroken tot een suiker dat glucose wordt genoemd. Glucose wordt vanuit de darm in het bloed opgenomen en na een maaltijd stijgt dus het aanbod van glucose vanuit de darm aan het bloed. Voor de lichaamscellen is glucose bijna onmisbaar, niet alleen als bouwsteen maar ook als brandstof.

Lichaamscellen nemen alleen glucose uit het bloed op als ze daartoe door het hormoon insuline zijn aangezet. Insuline, dat wordt gemaakt door bepaalde cellen in de alvleesklier, zorgt er dus voor dat de lichaamscellen voldoende glucose kunnen opnemen en bovendien zorgt insuline er zo voor dat het glucosegehalte in het bloed binnen nauwe grenzen blijft.

Als er te weinig insuline is, blijft er teveel glucose in het bloed achter en is er sprake van suikerziekte. Bij suikerziekte is dus het glucosegehalte in het bloed, ook wel het bloedsuikergehalte genoemd, verhoogd. De lichaamscellen daarentegen hebben bij een tekort aan insuline juist een gebrek aan de brandstof en bouwsteen glucose.

 

Wat zijn de symptomen?

Als er veel glucose in het bloed aanwezig is, zal er via de nieren glucose met de urine verloren gaan. De glucose in de urine trekt extra vocht mee waardoor de kat meer gaat plassen. Om niet uit te drogen, zal de kat vervolgens ook meer moeten drinken. Omdat glucose een belangrijke brandstof is die nu verloren gaat, zal de kat meer gaan eten, maar desondanks gewicht gaan verliezen. Als de kat niet wordt behandeld, verslechtert uiteindelijk de eetlust en de algemene conditie.

De belangrijkste verschijnselen van suikerziekte zijn:

  • Veel drinken
  • Veel plassen
  • Honger (in eerste instantie)
  • Vermageren
  • Braken (later stadium)
  • Slaperigheid (later stadium)

 

Hoe wordt de diagnose gesteld?

De definitieve diagnose suikerziekte wordt gesteld wanneer bij de kat met verschijnselen van suikerziekte (bij herhaling) een te hoog glucosegehalte in het bloed wordt aangetoond. Hiervoor moet er een afspraak gemaakt worden bij de dierenarts om bloed af te nemen. Katten kunnen zo gestrest zijn van het bezoek bij de dierenarts dat hun suiker acuut te hoog wordt (dit is een natuurlijke reactie van het lichaam van de kat). In die gevallen kan fructosamine in het bloed bepaald worden. Fructosamine is een maat voor de suikerspiegel over een langere periode.

 

Hoe ontstaat suikerziekte bij de kat?

Er zijn een aantal factoren de het ontstaan van suikerziekte bij de kat in de hand werken. De belangrijkste zijn:

  • Gebrek aan beweging en overgewicht
  • Medicijnen
    • Prednison, dexamethason
    • Poezenpil (antikrolsheid tabletten)

Suikerziekte bij deze factoren ontstaat door:

  • Verminderde gevoeligheid voor insuline (overgewicht en te weinig beweging)
  • Of door uitputting van insulineproducerende cellen doordat de werking van insuline tegengewerkt wordt (prednison en poezepil).

 

De behandeling

Insuline
Voor de behandeling van suikerziekte zult u uw kat injecties moeten geven. Meestal is het nodig om dit 2 keer per dag te doen. Wij zullen u informeren over de hoeveelheid insuline die u moet gaan geven. Daarnaast zal uw dierenarts u uitgebreid begeleiden om u en eventueel andere gezinsleden te leren prikken.

 

Controle
In de eerste periode zijn regelmatig controles van de bloedsuikerspiegel nodig om de juiste dosering insuline te bepalen. De enige insuline die geregistreerd is voor het gebruik bij katten is Caninsuline. Dit zal dus ook altijd de insuline zijn, waarmee de behandeling opgestart wordt. Is de juiste dosering insuline eenmaal ingesteld, dan zal de frequentie van controles naar beneden gebracht kunnen worden. Regelmatige controle blijft echter wel noodzakelijk, want na verloop van tijd kan de behoefte aan insuline veranderen en kan een aanpassing van de dosering nodig zijn.

 

Glucosecontrole thuisIndien de situatie dat toelaat, is regelmatige thuiscontrole van de glucosespiegel een goede, zelfs betere, manier om te controleren of de juiste hoeveelheid insuline wordt gegeven. Hiervoor moet u wel leren hoe u bloed af kunt nemen bij uw kat. Informeer uw dierenarts naar de mogelijkheden om zelf de glucosespiegel te controleren.  Pas echter nooit het insulinegehalte aan zonder overleg met uw dierenarts!

 

Voeding
Bij te dikke katten is afvallen zeer belangrijk. Het is verstandig om bij uw dierenarts te informeren over dieetvoeding wat goed aansluit bij uw kat. Er bestaan ook speciale voedingen voor diabetes katten. U kunt overleggen met uw dierenarts of dit geschikt is voor uw kat. Denk hierbij aan M/D voeding van Hill's en diabetic van Royal Canin.

 

Regelmaat
Naast de behandeling met insuline is routine en regelmaat ook zeer belangrijk, dus altijd dezelfde hoeveelheid insuline geven, rond dezelfde tijd insuline prikken, op dezelfde momenten voedingen geven,etc

 

De prognose

Meestal kan de kat door een regelmatig leefpatroon en door behandeling met het insulinepreparaat Caninsulin® een vrijwel normaal leven leiden. De levensverwachting van een goed ingestelde kat met suikerziekte is dan ook vergelijkbaar met die van een dier zonder deze ziekte. Het komt voor (al is dat slecht sporadisch) dat wanneer we suikerziekte vroeg ontdekken dat het zelfs kan genezen. Dit kan wel alleen wanneer we starten met een behandeling met insuline en de kat ook afvalt.

 

Te laag bloedglucosegehalte (hypoglycemie)

Wat is een hypo?
Een hypo is de situatie die ontstaat wanneer er te weinig suiker in het bloed van de kat aanwezig is. Dit kan komen door een te hoge dosering insuline, of doordat de kat bv niet eet, maar wel insuline heeft gehad. Ook verandering in het leefpatroon van de kat kan tot andere insulinebehoefte leiden. De symptomen van een “hypo” zijn:

  • Eerst onrust en eventueel mauwen
  • Daarna sloomheid en eventueel spiertrillingen
  • Uiteindelijk bewusteloosheid en coma

 

Samengevat zijn de belangrijkste oorzaken voor het ontstaan van een te laag bloedglucosegehalte dus:

  • Opname van minder voedsel in combinatie met de gebruikelijke insulinedosering.
  • Plotselinge toename van het glucoseverbruik door verhoogde activiteit.
  • Een te hoge dosering insuline.
  • Een normale dosering insuline, wanneer de behoefte ineens is afgenomen.

 

Wat te doen bij een hypo?
Wanneer deze situatie ontstaat neem dan altijd contact op met een dierenarts! U kunt zelf wat suikerwater aan de kat geven (1 gr druivesuiker per kg kat). Meestal knappen ze daar al snel weer wat van op. Nadat uw kat is opgeknapt van een hypo, kunt u uw kat nog een maaltijd aanbieden. Neem na een hypo in ieder geval altijd contact op met uw dierenarts!

 

Mocht u twijfelen of uw kat richting een hypo gaat, ALTIJD contact opnemen met uw dierenarts! Het is van levensbelang dat op zo'n moment snel en juist gehandeld wordt. 

 

 

Eigen ervaring

Zelf heb ik  vanuit mijn werk bij de dierenarts, ook een afstandspoes gehad met suikerziekte. 

Dit is Loes, zij was 11 jaar oud toen haar eigenaar afstand van haar deed ivm de verzorging en de kosten nadat er suikerziekte bij haar was geconstateerd. Loes is met mij mee naar huis gegaan en ik heb haar 4 weken in huis gehad. Het ging onwijs goed met haar, d'r suikergehalte was goed gereguleerd en ze deed het heel goed. Ze was bij haar vorige eigenaar nooit buiten geweest,  maar ze heeft bij ons nog kunnen genieten van het zonnetje in de tuin.

Na deze 4 weken hebben we haar moeten laten inslapen omdat het ineens heel slecht met haar ging. Of dit ten gevolge was van de suikerziekte weten we niet. Maar het was heel verdrietig dat we maar zo kort van haar hebben mogen genieten.

Het was voor mij een hele leuke maar ook leerzame periode om Loes in huis te hebben. Het is intensief, maar het is het zo waard om een diertje zo snel te zien opknappen van een behandeling.

Loes heeft ervoor gezorgd dat ik een compleet kattenvrouwtje ben geworden en na haar overlijden heb ik vrij snel besloten 2 katjes in huis te nemen :).

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.